Per 1 juli 2024 is de Wet vaste huurcontracten (Wvh) in werking getreden, wat aanzienlijke gevolgen heeft voor verhuurders. Vanaf deze datum is het namelijk niet meer mogelijk om tijdelijke huurovereenkomsten te sluiten. Huurcontracten voor onbepaalde tijd worden hiermee de standaard, wat huurders meer zekerheid over hun woonsituatie moet bieden. Er zijn echter een aantal uitzonderingen op deze regel.
Wat houdt de nieuwe wet in?
Vanaf 2016 was het voor verhuurders mogelijk om tijdelijke huurovereenkomsten (maximaal twee jaar voor zelfstandige woonruimte) af te sluiten. Sinds 1 juli 2024 is dit niet meer mogelijk. Huurovereenkomsten die op of na 1 juli 2024 worden gesloten, zijn voor onbepaalde tijd. Dit heeft als gevolg dat verhuurders een wettelijke grond nodig hebben om de huurovereenkomst te beëindigen.
Op deze hoofdregel bestaan een aantal uitzonderingen. Tijdelijke huurovereenkomsten blijven namelijk mogelijk voor specifieke doelgroepen. Zij kunnen een contract voor maximaal twee jaar krijgen. Welke doelgroepen dit zijn, is vastgelegd in het Besluit specifieke groepen tijdelijke huurovereenkomst.
Indien er sprake is van een uitzondering en op grond daarvan een tijdelijke huurovereenkomst wordt gesloten, is het voor een verhuurder van belang om administratief goed bij te houden wanneer de huurovereenkomst eindigt. Een verhuurder moet een huurder immers tijdig, minimaal drie maanden en maximaal één maand voor de einddatum, op de hoogte brengen van het naderende einde van de huurovereenkomst. Als dit niet wordt gedaan, dan wordt de tijdelijke huurovereenkomst automatisch omgezet in een huurovereenkomst voor onbepaalde tijd, met alle gevolgen van dien.
Heeft u een vraag over dit artikel of over andere huurrechtelijke onderwerpen? Neem dan contact op met onze sectie vastgoed. Wij beantwoorden uw vragen graag.